hoogmis
- hoog·mis
- samenstelling van hoog en mis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoogmis | hoogmissen |
verkleinwoord | hoogmisje | hoogmisjes |
- (religie) plechtige, gezongen mis in de R.K. kerk.
- ▸ Ik beklom de hoge trappen van de Ponte degli Scalzi alsof ik een hoogaltaar besteeg. Het oversteken van Canal Grande is een hoogmis die, voor de aanleg van de nieuwe brug, maar op drie plekken kon worden gevierd.[1]
- Het woord hoogmis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hoogmis" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 22
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be