honderdenzesenzeventig

Nederlands

0	1	7	6

honderdenzesenzeventig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  honderdenzesenzeventig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌhɔndərtɛnˈzɛsənˌsevə(n)təx / (8 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'honderdenzesennegentig': /ˌhɔndərtɛnˈzɛsənˌzøvəntəx/

Woordafbreking

• hon·derd·en·zes·en·ze·ven·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  honderd ht,   en vw  en  zesenzeventig ht 

Hoofdtelwoord

honderdenzesenzeventig

1. "176", langere vorm van honderdzesenzeventig, honderd plus zesenzeventig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft honderdenzesenzeventig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot honderdenzesenzeventig. 

Synoniemen

• honderdzesenzeventig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "honderdenzesenzeventig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• honderdenzesenzeventigste

hooftelwoord samengesteld met "honderdenzesenzeventig" ht als linkerdeel

• honderdenzesenzeventigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'honderdenzesenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.