hockeybond
- Geluid: hockeybond (hulp, bestand)
- hoc·key·bond
- samenstelling van hockey en bond
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hockeybond | hockeybonden |
verkleinwoord | hockeybondje | hockeybondjes |
de hockeybond m
- (sport) een verbond van hockeyclubs
- Onze hockeyclub is aangesloten bij de hockeybond.
- Het woord hockeybond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.