herschikking
- her·schik·king
- naamwoord van handeling van herschikken met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | herschikking | herschikkingen |
verkleinwoord |
de herschikking v
- een actie waarbij zaken in een nieuwe orde worden neergezet
- ▸ Zoals de baas van een spinnerij die, nadat hij de arbeiders aan het werk heeft gezet, door de werkplaats loopt en, zodra hij merkt dat er ergens een spindel hapert of piept of meer geluid maakt dan normaal, haastig komt aanlopen, de machine stilzet of hem weer op de juiste manier in werking stelt, zo liep Anna Pavlovna door haar salon, ging af op een groepje dat was stilgevallen of te luid praatte en wist met een enkel woord of een kleine herschikking de conversatiemachine weer gelijkmatig en soepel te laten lopen.[2]
- ▸ De Bulgaarse premier Boiko Borissov heeft een herschikking van zijn regering aangekondigd. De ministers van Financiën, Economie, Toerisme en Binnenlandse Zaken worden vervangen. De beslissing volgt op dagenlange anti-corruptieprotesten, waarbij de premier werd opgeroepen op te stappen.[3]
1. een actie waarbij zaken in een nieuwe orde worden neergezet
- Het woord herschikking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
- ↑ Weblink bron “Bulgaarse premier vervangt ministers na protesten, onrust blijft” (23-07-2020), NOS