• her·krij·ging
enkelvoud meervoud
naamwoord herkrijging herkrijgingen
verkleinwoord

de herkrijgingv [1]

  1. het opnieuw in bezit krijgen van iets; het terugkrijgen van iets
     ' Lubonski's rede voor de BBC verwekte zoveel reacties, dat hij werd uitgenodigd een reeks lezingen te houden over de toestand in de door Duitsland bezette gebieden en dat bracht hem in aanraking met vertegenwoordigers van allerlei volken die streefden naar herkrijging van hun vrijheid.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Polen : roman over de strijd van het Poolse volk door de eeuwen heen” (1984), Van Holkema & Warendorf  , ISBN 9026978073