herkansingsmogelijkheid
- her·kan·sings·mo·ge·lijk·heid
- samenstelling van herkansing zn en mogelijkheid zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | herkansingsmogelijkheid | herkansingsmogelijkheden |
verkleinwoord |
de herkansingsmogelijkheid v
- de kans om een examen waarvoor men gezakt is over te doen
- ▸ "We weten dat er nog leerlingen zijn die aardig in de piepzak zitten, omdat ze al hun kaarten op de eindexamens hebben gezet", zegt Slob daarover. "Die krijgen nu een extra herkansingsmogelijkheid." Hij hoopt wel dat leerlingen die zo redeneren, vanaf nu anders gaan denken. "We weten nu dat er een andere situatie kan ontstaan. En het zou een probleem minder zijn voor ouders en scholen."[1]
- ▸ Ook is Sjoers bang dat studenten door de aanwezigheidsplicht studievertraging kunnen oplopen. Want voor de studenten die thuisblijven tijdens een tentamen - ziek of niet - zijn er gevolgen. Ze moeten het tentamen later maken, en verspelen daarmee mogelijk de enige herkansingsmogelijkheid. Daarnaast kunnen ze in de knoop komen met andere vakken, waardoor de studiedruk toeneemt.[2]
- Het woord 'herkansingsmogelijkheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Slob: we moeten het woord 'coronadiploma' niet meer gebruiken” (vrijdag 10 april 2020, 16:54), NOS
- ↑ Weblink bron “2500 handtekeningen van studenten tegen aanwezigheidsplicht VU” (vrijdag 3 december 2021, 15:11), NOS