herderstasje
- Geluid: herderstasje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhɛrdərsˌtɑʃə / (4 lettergrepen)
- her·ders·tas·je
- afgeleid van herderstas zn met het achtervoegsel -je
- [2] in de betekenis van ‘plantje’ voor het eerst aangetroffen in 1668 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | - | - |
verkleinwoord | herderstasje | herderstasjes |
het herderstasje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord herderstas
- dim. tant. (plantkunde) benaming voor plantensoorten uit het geslacht Capsella
1. benaming voor plantensoorten uit het geslacht Capsella
- Het woord herderstasje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "herderstasje" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [2] herderstasje op Wikidata
- [2] herderstasje op "Wilde planten in Nederland en België" ♣
- ↑ "herderstasje" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be