Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hei·veld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord heiveld heivelden
verkleinwoord heiveldje heiveldjes

Zelfstandig naamwoord

het heiveldo

  1. veld met heide
    • Keilvormige amethysten en agaten,
      Prikken de prisma's diep in 't avondlicht,
      Dat, reusacht'ge topaas, op 't heiveld ligt,
      Rookerig-paarse en violette gaten; [2]
       
Synoniemen

Gangbaarheid

76 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen