hatsjie
- hat·sjie
- In de betekenis van ‘tussenwerpsel: geluid van het niezen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1950 [1]
hatsjie
- een geschreven weergave van het geluid van iemand die niest
- "Hatsjie" nieste de man en nam zijn zakdoek uit zijn zak.
1.
- Het woord hatsjie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hatsjie" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ "hatsjie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be