• harp·speel·ster
enkelvoud meervoud
naamwoord harpspeelster harpspeelsters
verkleinwoord harpspeelstertje harpspeelstertjes

de harpspeelsterv

  1. (beroep) (muziek) vrouw die op een harp speelt
     De vijf werken uit de 19e eeuw die nu opdoken zijn Een harpspeelster van de Belgische schilder Charles van Beveren, Fluitspeler met schapen van Frederik Hendrik Kaemmerer, De dood van generaal Hans Willem van Aylva geschilderd door Charles Rochussen, Het rustende model van de Frans-Poolse kunstenaar Emile Eisman Semenowsky en Een zittende page met een hondje van de Belg Florent Willems.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Gestolen kunst terug in Amsterdam Museum” (Donderdag 2 juli 2015, 03:57), NOS