Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hap·to·noom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord haptonoom haptonomen
verkleinwoord haptonoompje haptonoompjes

Zelfstandig naamwoord

de haptonoomm

  1. (beroep) iemand die zich met haptonomie bezighoudt

Gangbaarheid

88 % van de Nederlanders;
48 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be