• hang·ta·fel
enkelvoud meervoud
naamwoord hangtafel hangtafels
verkleinwoord hangtafeltje hangtafeltjes

de hangtafelv / m

  1. (meubel) een tafel waaraan men kan staan of hangen
    • De cateraar had 10 hangtafels neergezet waaraan de gasten konden staan om te praten 
  1. statafel