handslinger
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handslinger (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhɑntslɪŋər / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- hand·slin·ger
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hand zn en slinger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handslinger | handslingers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de handslinger m
- (techniek) ronddraaiende arm aan een toestel, waarmee de gebruiker het zelf in beweging kan zetten
- ▸ Dit model, een houten kuip, gemonteerd op een draaibare as, is afgeleid van de karns uit de gewone boterbereiding. De handslinger is echter vervangen door een wiel waarop een aandrijfriem bevestigd kan worden voor mechanische aandrijving.[1]
- ▸ ⧖ Met m'n zevende verjaardag kreeg ik een nieuw, een beter filmapparaat, weliswaar nog met een handslinger maar met een sterke electrische lamp.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'handslinger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron N.H.W. VerbeekMargarine in:H.W. Lintsen (red.)Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel I. Techniek en modernisering. Landbouw en voeding. (1992), Walburg Pers, Zutphen, ISBN 906011.808.1, p. 139
- ↑ Weblink bron “De jongens van de hobby club.” (1947), De Bezige Bij, Amsterdam, p. 41