handelingsvermogen

  • han·de·lings·ver·mo·gen
enkelvoud meervoud
naamwoord handelingsvermogen handelingsvermogens
verkleinwoord

het handelingsvermogeno

  1. het actief kunnen optreden
     Een van haar derdejaars studenten, Denise Breevaart, heeft vooral met de term 'de grote drie' moeite. "Mensen pakken hun boeken omdat ze dan denken het hoogtepunt te hebben gehad. Maar zij krijgen zo, los van de literaire kwaliteiten, een heel beperkte uitsnede van de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Want het zijn schrijvers uit dezelfde periode, drie mannen, en ook nog eens drie mannen die in hun literatuur geen tot weinig vrouwelijke personages hebben met enig handelingsvermogen."[1]
     Europa moet dan ook volgens Timmermans meer verantwoordelijkheid nemen. "Nederland wil meer samenwerken op het gebied van defensie om het militaire handelingsvermogen te vergroten. Ons land en onze partners kunnen hierdoor over nuttige middelen beschikken die we zelf niet kunnen veroorloven.[2]
  1.   Weblink bron
    Ronja Hijmans
    “Dreigt er vergetelheid voor 'de grote drie van de literatuur'?” (Zondag 18 oktober 2020, 18:22), NOS
  2.   Weblink bron
    Wilco Boom
    “"Meer investeren in veiligheid"” (Vrijdag 21 juni 2013, 17:20), NOS