Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grond·voor·waar·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grondvoorwaarde grondvoorwaarden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de grondvoorwaardev

  1. een eerste en belangrijkste vereiste
     De huisarts voerde volgens de tuchtrechter onvoldoende regie in de laatste levensfase van de patiënt. De arts bleef twijfelen of er sprake was van uitzichtloos lijden, een grondvoorwaarde voor het versnellen van het stervensproces door het ophogen van de morfine. Het speelde zich af in 2013, bij een terminale kankerpatiënt. De huisarts vroeg een paar keer om een contra-expertise, tot onbegrip van de familie.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Huisarts kreeg waarschuwing bij euthanasie” (19 dec. 2015), De Telegraaf