Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groeps·cul·tuur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groepscultuur groepsculturen
verkleinwoord groepscultuurtje groepscultuurtjes

Zelfstandig naamwoord

de groepscultuurv

  1. manier van doen en denken die hoort bij de leden van een bepaalde groep
     Voor het SCP-onderzoek vulden ruim 2600 personeelsleden een enquête in. Ook werden interviews gehouden met medewerkers uit groepen die afwijken van de norm bij Defensie. Die is volgens de onderzoekers man, wit en hetero. Die norm bepaalt ook de groepscultuur, zegt het SCP.[1]
     Het klopt dat er een groepscultuur heerst, zeggen ingewijde bronnen, maar veel brandweerlieden vinden dat ook nodig in een beroep waarbij je veel tijd met elkaar doorbrengt en op elkaar bent aangewezen in onveilige situaties.[2]
     Het rapport van vandaag kijkt verder dan 'Schaarsbergen'. De bedrijfscultuur bij Defensie speelt een belangrijke rol: er is een sterke groepscultuur, waar loyaliteit belangrijk is. Leden van de eigen groep worden beschermd, ook als zij grensoverschrijdend gedrag vertonen. Collega's die buiten de groep vallen worden negatief bejegend.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Militairen zien niets in voorkeursbeleid bij Defensie” (Vrijdag 13 januari 2017, 02:01), NOS
  2.   Weblink bron “Generaal Van Uhm moet brandweer Amsterdam afhelpen van verziekte cultuur” (Dinsdag 7 augustus 2018, 17:32), NOS
  3.   Weblink bron “Defensie moet meldingen intimidatie en misbruik veel beter aanpakken” (Maandag 15 oktober 2018, 10:31), NOS