grijptang
- grijp·tang
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grijptang | grijptangen |
verkleinwoord | grijptangentje | grijptangentjes |
- grijper aan een steel waardoor je makkelijk dingen van de grond kunt pakken
- Krijn Hamelink ruimt twee keer per week al het zwerfafval op in zijn wijk De Bothoven. Gewapend met vuilniszakken, een kar en een grijptang houdt de 66-jarige de straten schoon.[2]
- Het is niet de eerste keer dat Carice haar zwangere buik toont op social media. In mei poseerde de actrice met een grijptang die ze van haar moeder had gekregen. ,,Je weet dat je serieus zwanger bent als je moeder een grijptang voor je koopt."[3]
- Het woord 'grijptang' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "grijptang" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 24-FEBRUARI-2017 Enschedeër (66) ruimt troep in Bothoven op: 'Dieren houden hun nestje toch ook schoon?’
- ↑ Tubantia 10-01-17 Carice van Houten toont enorme babybuik
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be