Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gries·sui·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord griessuiker griessuikers
verkleinwoord griessuikertje griessuikertjes

Zelfstandig naamwoord

de griessuikerm

  1. een zeer zuiver geraffineerde suiker met een nog fijnere korrel, zodat hij zeer snel smelt/oplost en geschikt is voor koude bereidingen

Gangbaarheid

Meer informatie