griener
- grie·ner
- naamwoord van handeling van grienen met het achtervoegsel -er[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | griener | grieners |
verkleinwoord |
de griener m
- iemand die veel huilt
- Het woord griener staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "griener" herkend door:
66 % | van de Nederlanders; |
51 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be