Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grens·cor·rec·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grenscorrectie grenscorrecties
verkleinwoord grenscorrectietje grenscorrectietjes

Zelfstandig naamwoord

de grenscorrectiev

  1. (politiek) kleine verandering van een grens met goedvinden van de betrokken partijen
     Koning Filip neemt vandaag een bijzonder cadeautje mee tijdens zijn staatsbezoek aan Nederland: een stukje België. Beide landen tekenen vandaag een verdrag over een grenscorrectie in Limburg.[2]
     Bernisse en Spijkenisse vormen vanaf 1 januari de gemeente Nissewaard. Maar de bewoners van Oudenhoorn zijn daar niet blij mee. Oudenhoorn hoort nu nog bij Bernisse, maar het overgrote deel van de inwoners wil bij Hellevoetsluis horen, blijkt uit een enquête onder de bewoners. Ze winkelen in Hellevoetsluis, zijn daar lid van een sportvereniging en ze gaan er uit. De nieuwe gemeenteraad van Nissewaard moet daarom komend jaar beslissen of er een grenscorrectie komt en Oudenhoorn alsnog over gaat naar Hellevoetsluis.[3]


Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. grenscorrectie op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Filip komt Nederland stukje België brengen” (Maandag 28 november 2016, 08:39), NOS
  3.   Weblink bron “Stemmen in zes gemeenten: dit zijn de lokale thema's” (Woensdag 19 november 2014, 06:40), NOS