• grauw·grijs
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen grauwgrijs grauwgrijzer grauwgrijst
verbogen grauwgrijze grauwgrijzere grauwgrijste
partitief grauwgrijs grauwgrijzers -

grauwgrijs

  1. weinig helder grijs; niet mooi grijs
     Op 8 mei 1951 ging de allereerste cabine naar boven. „Een grauwgrijs vierpersoonsexemplaar”, vertelt Anton König, leider van het bedrijf dat alle kabelbanen van Bettmeralp exploiteert.[1]
     Omdat de nieuwe petfles slechts eenmalig wordt gebruikt, heeft deze volgens Coca-Cola een frisse uitstraling. De oude herbruikbare fles had na enkele keren gebruik een geschaafd, grauwgrijs uiterlijk, wat het bedrijf niet vindt passen bij een A-merk.[2]
  1.   Weblink bron
    Arie Coster
    “Kinderblijheid en autovrijheid” (02-04-2004), Reformatorisch Dagblad
  2.   Weblink bron “Coca-Cola gaat fles één keer gebruiken” (18-01-2006), Reformatorisch Dagblad