graaflijk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- graaf·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | graaflijk | graaflijker | graaflijkst |
verbogen | graaflijke | graaflijkere | graaflijkste |
partitief | graaflijks | graaflijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
graaflijk
- van de graaf
Gangbaarheid
- Het woord graaflijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ 1,0 1,1 “De leeuw van Vlaanderen” (1838), Davidsfonds/Clauwaert, ISBN 9063063334