Nederlands

 
Een paar golfschoenen
Uitspraak
Woordafbreking
  • golf·schoen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord golfschoen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de golfschoenm

  1. (sport), (schoeisel) schoen om te dragen tijdens het golfen
    • Een goed passende golfschoen is belangrijk en verbetert uw golfspel. 
    • Een waterdichte golfschoen. 
Hyperoniemen
Vertalingen

Meer informatie