globalist

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  globalist    (hulp, bestand)
• IPA: /ɣlobaˈlɪst/

Woordafbreking

• glo·ba·list

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van globaal met het achtervoegsel -ist.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	globalist	globalisten
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de globalist m

1. iemand die streeft naar globalisering

Antoniemen

• antiglobalist

Verwante begrippen

• globalisme

Gangbaarheid

• Het woord globalist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "globalist" herkend door:

97 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.