Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • glas·ser·vies
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord glasservies glasserviezen
verkleinwoord glasserviesje glasserviesjes

Zelfstandig naamwoord

het glasservieso

  1. (huishouden) een bij elkaar horend stel borden, schalen en ander eetgerei dat gemaakt is van glas
  2. (huishouden) een bij elkaar horend stel drinkglazen die gemaakt zijn van glas
     In veel Nederlandse gezinnen is wel iets uit Leerdam te vinden. Zoals het beroemde gilde glasservies van Copier, ontworpen in de jaren dertig maar nog altijd een topper.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “In Leerdam draait weer alles om glas” (Woensdag 23 juni 2010, 07:19), NOS