Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·volg·scha·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gevolgschade gevolgschades
gevolgschaden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gevolgschadev / m

  1. schade die direct of indirect ontstaat als gevolg van bepaald handelen
     De twee olieconcerns zijn samen aandeelhouder van NAM (Nederlandse Aardolie Maatschappij). De NAM is het bedrijf dat naar gas boort in Groningen en de aardbevings- en andere gevolgschade moet betalen.[1]
     De vraag die ze opwerpt ligt voor de hand, want ADHD Nederland is op voorhand geen voorstander van medicijngebruik bij ADHD. “Medicatie levert wel direct ‘gewenst gedrag’ op. Maar mensen voelen zich op de lange termijn tekortschieten. Dat is de gevolgschade van medicijngebruik: mensen voelen zich minderwaardig omdat ze alleen kunnen ‘functioneren met een pilletje’” ADHD Nederland bepleit gedragstherapie.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Shell, Exxon en NAM donderdag op matje Tweede Kamer” (Dinsdag 30 januari 2018, 15:04), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “'Onderzoek ADHD-medicijnen betekent niet dat slikken geen zin heeft'” (Maandag 5 december 2016, 16:41), NOS