gescratcht/verbuiging

Stellende trap

Sterke verbuiging (zonder lidwoord)

	enkelvoud						meervoud
Naamval	mannelijk		vrouwelijk		onzijdig		alle geslachten
	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord
nominatief	—	gescratchter	—	gescratchte	—	gescratchtes	—	gescratchte
genitief	—	gescratchten	—	gescratchter	—	gescratchten	—	gescratchter
datief	—	gescratchtem	—	gescratchter	—	gescratchtem	—	gescratchten
accusatief	—	gescratchten	—	gescratchte	—	gescratchtes	—	gescratchte

Zwakke verbuiging (met bepaald lidwoord)

	enkelvoud						meervoud
naamval	mannelijk		vrouwelijk		onzijdig		alle geslachten
	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord
nominatief	der	gescratchte	die	gescratchte	das	gescratchte	die	gescratchten
genitief	des	gescratchten	der	gescratchten	des	gescratchten	der	gescratchten
datief	dem	gescratchten	der	gescratchten	dem	gescratchten	den	gescratchten
accusatief	den	gescratchten	die	gescratchte	das	gescratchte	die	gescratchten

Gemengde verbuiging (na ein, kein etc.)

	enkelvoud						meervoud
naamval	mannelijk		vrouwelijk		onzijdig		alle geslachten
	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord	lidwoord	naamwoord
nominatief	ein	gescratchter	eine	gescratchte	ein	gescratchtes	(keine)	gescratchten
genitief	eines	gescratchten	einer	gescratchten	eines	gescratchten	(keiner)	gescratchten
datief	einem	gescratchten	einer	gescratchten	einem	gescratchten	(keinen)	gescratchten
accusatief	einen	gescratchten	eine	gescratchte	ein	gescratchtes	(keine)	gescratchten