germanist
- ger·ma·nist
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | germanist | germanisten |
verkleinwoord | - | - |
de germanist m
- (beroep) iemand die een licentiaat of doctorandus in de Germaanse taal- en letterkunde is
- Het woord germanist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "germanist" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be