genietbaar
- Geluid: genietbaar (hulp, bestand)
- ge·niet·baar
- Naamwoord van handeling van genieten met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | genietbaar | genietbaarder | genietbaarst |
verbogen | genietbare | genietbaardere | genietbaarste |
partitief | genietbaars | genietbaarders | - |
genietbaar
- waar je plezier van kan hebben
- Erg genietbaar zijn deze opnamen, ruim tachtig jaar na dato, allerminst. Zo’n hypergedistingeerde voordracht laat zich nu nauwelijks meer aanhoren. Maar curieus zijn ze wel. En ze vormen een betekenisvolle afsluiting van dit omvangrijke oeuvre-overzicht. Wie eerst alle hoogtepunten heeft beluisterd, krijgt ten slotte ook nog even te horen hoe het allemaal was begonnen. [1]
- Het woord genietbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Henk van Gelder NRC 10 november 2015