geitenneuker
- Geluid: geitenneuker (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɣɛitəˌnøkər / (4 lettergrepen)
- gei·ten·neu·ker
- samenstelling van geit en neuker met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geitenneuker | geitenneukers |
verkleinwoord | geitenneukertje | geitenneukertjes |
de geitenneuker m
- (scheldwoord) Arabier of moslim
- ⚠️ Dit gebruik van het woord roept twijfels op over de gebruiker.
- ▸ Ik begon mijn pijnlijke enkels te masseren. ‘En ik wou dat je eens ophield met die achterlijke vooroordelen.’ Als het je hier niet bevalt, ga dan terug naar je berghut, geitenneuker.[2]
- (jongerentaal) (verouderd) excentriek persoon, rare snuiter
- ▸ "Dag, mijnheer de geitenneuker! Mijnheer de geitenneuker, vaarwel. Goede reis naar de hel!" riep de persoon.[3]
- (scheldwoord) verachtelijke man
- ▸ "Ik had nooit eerder een seizoen voortijdig afgebroken," aldus de inmiddels volledig opgemonterde Joegoslaaf, "maar ik geloof dat ik juist gehandeld heb." (…) "Van achter de dug-out werd ik constant uitgekafferd. Geldwolf, vreemdeling, geitenneuker riepen ze me toe."[4]
- (scheldwoord) (militair) (Nederlands-Indië) man uit Brits-Indië (tegenwoordig: India, Pakistan, Bangladesh)
- Het woord geitenneuker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ geitenneuker op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Vertel in: Hollands Maandblad. (autustus/september 1999), Stichting Hollands Maandblad / Uitgeverij Veen, Amsterdam, p. 46
- ↑ Weblink bron Henk van der Spoel geciteerd door Fred van GarderenDe droom van Henk : Horror in beeld en schrift in: Nieuwsblad van het Noorden , jrg. 101 nr. 307 (29 december 1988), Nieuwenhuis, Groningen, p. 13 kol. 2
- ↑ Weblink bron Leo VerheulBoskov slachtoffer van machtsstrijd bij Real Madrid : 'Verkiezingen hebben me pijn gedaan' in: Het vrije volk, jrg. 37 nr. 10695 (27 april 1982), De Arbeiderspers, Rotterdam, p. 23 kol. 1