gehinnik
- ge·hin·nik
- Naamwoord van handeling van hinniken met het voorvoegsel ge-[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gehinnik | |
verkleinwoord |
het gehinnik o
- aanhoudend hinniken
- "Van mensen die een huwelijksaanzoek deden of bovenop Frans Bauer vielen tot mensen die Take That mochten knuffelen of het gehinnik van een paard na konden doen", liet RTL eerder weten.[2]
- Geluidsman Henk Meeuwsen verzamelt dierengeluiden en legde al menig paardenscheet vast tijdens filmopnames voor een documentaire over de Oostvaardersplassen. Achteraf is hij daar tóch ontevreden over. Zo bevatten de opnames te veel bijgeluiden, zoals bijvoorbeeld gehinnik.[3]
- aanhoudend tijdens het lachen een hinnikend geluid voortbrengen
- "Eerlijk gezegd kan ik zelfs het gehinnik van Van der Gijp niet meer waarderen. Steeds maar weer het afzeiken van dezelfde mensen.[4]
- [1] gebries
2.aanhoudend tijdens het lachen een hinnikend geluid voortbrengen
- Het woord gehinnik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gehinnik" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf 01 jun. 2015 Nog één keer Carlo en Irene bij Life 4 You
- ↑ de Telegraaf 19 apr. 2013 Zoektocht naar zuivere paardenscheten
- ↑ de Telegraaf 24 jun. 2014 'Terpetijnzeikers'
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be