gaspijp
- gas·pijp
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaspijp | gaspijpen |
verkleinwoord | gaspijpje | gaspijpjes |
- een buis waardoor men een (aard)gas zoner lekkage kan vervoeren
- Fluxys had manuele peilingen moeten uitvoeren om de ligging van de gaspijp te controleren [2]
- De Nabucco-gaspijp, die tegen 2012-2013 gas vanuit het Kaspische Zeegebied (en Iran) via Turkije en de Balkan naar Oostenrijk zou moeten brengen, is een van de belangrijkste alternatieven om de Russische machtspositie te breken. [3]
- Het woord gaspijp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gaspijp" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Standaard 24 JUNI 2009 Een massa slordigheden
- ↑ De Standaard 29/01/2009 door (bb) EU-Commissie wil geld op tafel voor Nabucco
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be