galeiboef
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ga·lei·boef
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van galei en boef
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | galeiboef | galeiboeven |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de galeiboef m
- (geschiedenis), (misdaad), (persoon) misdadiger die veroordeeld was in de galeien te moeten roeien
- De galeiboeven kwamen in opstand.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord galeiboef staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Afrikaans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | galeiboef | galeiboewe |
Zelfstandig naamwoord
galeiboef
- (geschiedenis), (misdaad), (persoon) galeiboef