galapagospijlstormvogel
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ga·la·pa·gos·pijl·storm·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Galapagos en "eilandengroep bij Ecuador" en pijlstormvogel zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | galapagospijlstormvogel | galapagospijlstormvogels |
| verkleinwoord | galapagospijlstormvogeltje | galapagospijlstormvogeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de galapagospijlstormvogel m
- (buissnaveligen) Puffinus subalaris
een vogel uit de familie van de stormvogels en pijlstormvogels (Procellariidae). Vroeger werd deze soort beschouwd als een ondersoort van de Audubons pijlstormvogel. Deze soort is endemisch op de Galapagoseilanden
Hyperoniemen
- stormvogels en pijlstormvogels, buissnaveligen, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'galapagospijlstormvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.