• gød·nings·salt
  • Samenstelling van de Deense zelfstandige naamwoorden gødning en salt met het achtervoegsel -ning en met het invoegsel -s-
Naar frequentie zeldzaam
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gødningssalt     gødningssaltet     gødningssalte     gødningssaltene  
genitief   gødningssalts     gødningssaltets     gødningssaltes     gødningssaltenes  

gødningssalt, o

  1. (landbouw) landbouwzout