Nederlands

Woordafbreking
  • foe·dus pa·ci·fi·cum
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord foedus pacificum -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het foedus pacificumo

  1. (politiek) theoretische organisatie van vredelievende landen die oorlog zou moeten voorkomen
     Vrede bestaat niet zomaar uit zichzelf, de vrede moet door een volkenrechtelijk verdrag gesticht of verzekerd worden. Hiervoor is, volgens Kant, een vredesbond (foedus pacificum) nodig, die alle oorlogen voor altijd probeert te beëindigen. Dat was en dat is het volkenrechtelijk ideaal dat we moeten nastreven.[1]
     En opnieuw vormt Kant de inspiratiebron, en wel zijn ideeën uit Ten eeuwige vrede (1795) en zijn idee van foedus pacificum.[2]
      Daarom moet er worden aangedrongen op een foedus pacificum, een vredesverbond van vrije volken, eerlijk en oprecht gemeend, en als allerbelangrijkst gevolg van dit verbond: langzame gelijkmatige ontwapening van leger en vloot tot dien graad als noodig is om tegen het buiten het vredesverbond staande volken zich veilig te kunnen gevoelen.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Afshin Ellian
    “VN zijn niet heilig” (22 maart 2003) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Percy B. Lehning
    “Profiel: John Rawls : De laatste linkse filosoof” (16 juni 2001) op groene.nl
  3.   Weblink bron
    B.H.C.K. van der Wijck
    Voorwaarden van duurzamen Vrede in: De Toekomst, jrg. 1 nr. 24 (11 september 1915), p. 492 kol. 2