Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • fluit·rei·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fluitreiger fluitreigers
verkleinwoord fluitreigertje fluitreigertjes

Zelfstandig naamwoord

de fluitreigerm

  1. (roeipotigen) Syrigma sibilatrix   een vogel uit de familie Ardeidae   (Reigers). Deze soort komt voor in noordelijk, het zuidelijke deel van Centraal-en zuidoostelijk Zuid-Amerika en telt 2 ondersoorten
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie