Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flits·han·del
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord flitshandel
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de flitshandelm

  1. zeer snelle beurshandel met behulp van computerprogramma's en snelle dataverbindingen
     't Gaat lekker bij de jongens van Flow Traders. Vandaag ging het beursbedrijf zélf naar de beurs. En wat blijkt: ze zijn zo'n 1,5 miljard waard. Dat komt door hun flitshandel. De Flow Traders handelen su-per-snel op de beurs. Niet meer met pen en papier zoals dat vroeger ging, maar met computers die handelen in een milliseconde.[1]
     Critici twijfelen aan de efficiëntie en transparantie van flitshandel. Zo zouden elektronische handelaren hun snelheid gebruiken om voor te dringen. Onzin, volgens Albert Menkveld, professor Financiële Markten aan de Vrije Universiteit. "Flitshandelaren hebben gewoon de technische mogelijkheden en de snelheid om de beste transacties te sluiten."[2]
     De man beloofde sinds 2009 tientallen beleggers gegarandeerde rendementen tot 24 procent per jaar. Dat geld zou hij verdienen met flitshandel op de financiële markten.[3]


Verwante begrippen
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Dit bedrijf sprokkelde zo veel centjes bij elkaar, dat ze 1,5 miljard waard zijn” (Vrijdag 10 juli 2015, 18:02), NOS
  2.   Weblink bron “Nederlandse flitshandelaar is 1,5 miljard waard” (Vrijdag 10 juli 2015, 11:41), NOS
  3.   Weblink bron “Man vast voor miljoenenfraude” (Vrijdag 4 oktober 2013, 22:34), NOS