fascist
- fas·cist
- Van het Latijn fasces (de pijlenbundel die het symbool van de macht van de Romeinse staat was) met het achtervoegsel -ist [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fascist | fascisten |
verkleinwoord | fascistje | fascistjes |
de fascist m
- (politiek) oorspronkelijk: een aanhanger van Mussolini's politieke beweging in het Italië van de jaren 1920 tot 1945
- De fascisten vonden ruime steun van de straatarme bevolking, onder andere omdat zij de maffia bestreden.
- (politiek) enige aanhanger van een autocratische, corporatistische stroming die politiek geweld niet schuwt
- President Bush is herhaaldelijk voor fascist uitgemaakt.
- Het woord fascist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fascist" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ fascist op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
fascist
enkelvoud | meervoud |
---|---|
fascist | fascists |
fascist