• fak·kel·tocht
enkelvoud meervoud
naamwoord fakkeltocht fakkeltochten
verkleinwoord fakkeltochtje fakkeltochtjes

de fakkeltochtm

  1. optocht van een aantal mensen die een brandende toorts dragen
     Werkgevers in Groningen hebben opgeroepen om mee te doen aan de demonstratieve fakkeltocht in de stad Groningen.[2]
     Fakkeltocht Olympische Spelen in Japan wordt versoberd[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “'Het is echt een schande zoals het nu gaat in Groningen'” (Vrijdag 19 januari 2018, 18:47), NOS
  3.   Weblink bron
    Dinsdag 17 maart 2020, 10:33
    “Fakkeltocht Olympische Spelen in Japan wordt versoberd” (Dinsdag 17 maart 2020, 10:33), NOS