Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ex·plo·ra·tief
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen exploratief
verbogen exploratieve

Bijvoeglijk naamwoord

exploratief

  1. betrekking hebbend op, verband houdend met exploratie (van terreinen of landstreken), onderzoekend, verkennend, opsporend
Vertalingen

Gangbaarheid