experimenteerzucht

  • ex·pe·ri·men·teer·zucht
enkelvoud meervoud
naamwoord experimenteerzucht
verkleinwoord

de experimenteerzuchtv / m

  1. (al te) sterke neiging om nieuwe dingen uit te proberen
     Ver voordat iedereen selfies ging maken, was schrijver W.F. Hermans al een groot liefhebber van de zelfkiek, zoals hij die noemde. Hij fotografeerde zichzelf uit verveling, experimenteerzucht of omdat er geen ander model voorhanden was. De ene keer stond hij voor een spiegel in een hotelkamer, een andere keer gebruikte hij de zelfontspanner of was zijn portret zichtbaar in het spiegelende metaal van een sigarettenautomaat.[1]
  1.   Weblink bron
    Rachel de Meijer
    “'Zelfkieken' en andere foto's van W.F. Hermans tentoongesteld” (Zaterdag 20 augustus 2022, 07:43), NOS