examenresultaat
- exa·men·re·sul·taat
- samenstelling van examen en resultaat
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | examenresultaat | examenresultaten |
verkleinwoord | examenresultaatje | examenresultaatjes |
het examenresultaat o
- (onderwijs) uitkomst van een examen uitgedrukt in cijfers of in wel of niet slagen
- Het examenresultaat voor wiskunde was beter dan dat voor natuurkunde.
- Het woord examenresultaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.