Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • event·ma·na·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eventmanager eventmanagers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de eventmanagerm

  1. (beroep) organisator van een evenement, reis, feest e.d.
     Bij NEC zijn ze al even gewend aan de pijn van verlies. Na de 16e plaats in de eredivisie in 2017 en de daaropvolgende degradatie in de play-offs tegen NAC wist NEC het afgelopen seizoen de hooggespannen verwachtingen niet waar te maken. "De verwachting was natuurlijk dat we zouden promoveren", zegt Jacqueline Vermeer, eventmanager van de Nijmegenaren en sinds 2002 werkzaam voor de club. "Dat dit niet lukte was natuurlijk een klap, maar je voelde het wel al aankomen."[1]
     Scholen gaan bovendien anders denken om bijvoorbeeld de werkdruk voor docenten te verlichten: "Scholen mogen zelf bepalen waar het geld naartoe gaat. Het aanstellen van klasse-assistenten bijvoorbeeld, die cijfers en rapporten intikken", vertelt woordvoerder Ad Veen. "Maar ik zie ook scholen die een eventmanager inhuren om het schoolreisje en alle feesten en evenementen zoals de kerstviering, Pasen te organiseren. Dat bespaart de leerkracht heel veel tijd."[2]
     De wereldkampioenschappen BMX, die van 24 juli tot 1 augustus 2021 op Papendal gehouden zouden worden, moeten in elk geval verplaatst worden. "We staan in contact met de internationale wielrenunie UCI, maar concreet is er nog niets", zei Laurens van Waardenburg, eventmanager van Papendal maandag.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Dringen aan de top in de eerste divisie” (Vrijdag 17 augustus 2018, 15:13), NOS
  2.   Weblink bron
    Rebecca van Dam
    “Een parkeervergunning en voorrang bij huren: zo lokken steden leraren” (Vrijdag 1 november 2019, 18:15), NOS
  3.   Weblink bron “Olympische Spelen in 2021 definitief van 23 juli tot en met 8 augustus” (Maandag 30 maart 2020, 13:55), NOS