eretitel
- ere·ti·tel
- samenstelling van ere en titel [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eretitel | eretitels |
verkleinwoord | eretiteltje | eretiteltjes |
de eretitel m
- een niet officiële maar wel veel eer gevende titel
- Michiel de Ruyter kreeg de eretitel Bestevaêr.
- Willem Drees kreeg de eretitel Vadertje Drees omdat hij zo goed voor de bejaarden had gezorgd.
- een officiële titel
- Minister van Staat is de bekendste eretitel in Nederland
- Het woord eretitel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eretitel" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be