Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • eli·te·groep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord elitegroep elitegroepen
verkleinwoord elitegroepje elitegroepjes

Zelfstandig naamwoord

de elitegroepv / m

  1. groep bestaande uit de belangrijkste en bekwaamste mensen in een bepaalde categorie
     Volgens Lash Farry, die met zijn bedrijf al achttien jaar de goodiebags van het filmprijzengala samenstelt, waren bedrijven dit jaar extra gretig om de tas te vullen. Zijn verklaring: het cadeaupakket wordt naar een elitegroep gestuurd met daarin enkel de twintig acteurs en vijf regisseurs die kans maken op de meeste prestigieuze filmprijs.[2]
     Steinhaus heeft de afgelopen jaren al veel ervaring opgedaan op het tweede niveau in Duitsland. Haar prestaties hebben geleid tot promotie naar de elitegroep in Duitsland, die nu bestaat uit 23 mannen en één vrouw.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Goodiebag van ruim 200.000 euro voor Oscar-genomineerden” (Zaterdag 8 februari 2020, 05:22), NOS
  3.   Weblink bron “Eerste vrouwelijke arbiter in Bundesliga debuteert dit weekend” (Donderdag 7 september 2017, 18:25), NOS