• eind·uit·komst
enkelvoud meervoud
naamwoord einduitkomst einduitkomsten
verkleinwoord

de einduitkomstv

  1. resultaat dat op het einde van een proces wordt bereikt
     Hij noemde de acties van Rusland 'politiek, maatschappelijk en moreel verwerpelijk en volstrekt onacceptabel'. Rutte noemde de einduitkomst van het overleg in Brussel 'gebalanceerd en verstandig'. Alle EU-landen hebben zich hier achter geschaard, aldus de premier.[2]
     De onderzoeksmethode van Haug en Warner is geen punt van discussie geweest toen ze andere trends boven water wilden halen en de uitkomst beter paste bij een algemeen bekend beeld. Nu de einduitkomst afwijkt van hetgeen gangbaar is, lijkt de neiging te bestaan om het af te doen als niet-valide.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Rutte: sancties zijn een logische vervolgstap” (06-03-2014), Tubantia
  3.   Weblink bron
    W. B. Kranendonk
    “Onderschat rol van vader in geloofsopvoeding niet” (29 mei 2017), Reformatorisch Dagblad