• ei·gent toe
vervoeging van
toe-eigenen

eigent (…) toe

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toe-eigenen
    • Jij eigent toe. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toe-eigenen
    • Hij eigent toe. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van toe-eigenen
    • Eigent toe!