eenhonderdvierentwintig
0 | 1 | 2 | 4 |
eenhonderdvierentwintig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: eenhonderdvierentwintig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌenhɔndərtˈfirənˌtwɪntəx / (7 lettergrepen)
- een·hon·derd·vier·en·twin·tig
- samenstelling van eenhonderd ht en vierentwintig ht
eenhonderdvierentwintig
- "124", langere vorm van honderdvierentwintig, honderd plus vierentwintig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderdvierentwintig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdvierentwintig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- honderdvierentwintig (deze kortere vorm is de gangbare vorm)
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdvierentwintig" ht als linkerdeel
- Het woord 'eenhonderdvierentwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.