eenhonderdeenendertig
0 | 1 | 3 | 1 |
eenhonderdeenendertig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: eenhonderdeenendertig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌenhɔndərtˈenənˌdɛrtəx / (7 lettergrepen)
- een·hon·derd·een·en·der·tig
- samenstelling van eenhonderd ht en eenendertig ht
eenhonderdeenendertig
- "131", langere vorm van honderdeenendertig, honderd plus eenendertig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderdeenendertig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdeenendertig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- honderdeenendertig (deze kortere vorm is de gangbare vorm)
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdeenendertig" ht als linkerdeel
- Het woord 'eenhonderdeenendertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.